Dit geschrift biedt een van hoop doortrokken visie op de broosheid van de mens en van heel zijn geschapen wereld. Temidden van een leven dat in alle opzichten voorbijgaat, is er het verlangen dat ons beweegt. Dit verlangenwordt gevoed door de ervaring van Gods alles overstijgende barmhartigheid.
Vertaald door Rudolf van Dijk O.Carm.
Recencie:
Thomas a Kempis is een van de belangrijkste middeleeuwse spirituele auteurs van het Nederlands taalgebied. De laatste jaren verschenen verschillende nieuwe, uitstekende vertalingen van zijn werk, waaronder de wereldberoemde 'Navolging van Christus'. Deze uitgave moet volgens de achterflap gelezen worden als deel van een drieluik, samen met 'De rozentuin' (2009)* en 'Het leliedal' (2010)**; een terechte opmerking want in spirituele zin biedt dit boekje vol aforismen en raadgevingen de omkeer van doornige rozen naar een vallei van lelien. Thomas zet meteen zwaar in: de mens is een nietig, kwetsbaar wezen, wat moet uitnodigen tot nederigheid. Deze nederigheid gebruikt hij om de grootsheid Gods sterk aan te zetten. Dat maakt de mens deemoedig en behulpzaam, en geeft kracht om lijden (beproevingen) uit te houden. Zo leeg gemaakt staat de mens open om omgevormd te worden door de Liefde Gods. De mooie vertaling wordt voorafgegaan door een inleiding over de Europese context van Thomas a Kempis. Daarin had de actualiteit van dit werk voor een wereld waarin grote ego's opspelen sterker naar voren kunnen komen. Verzorgde uitgave.
Dr. E. Sengers